Waarom jij / Jacques Hamelink
In 1964 publiceerde Jacques Hamelink zijn eerste poëziebundel: De eeuwige dag , uitgegeven door Polak en van Gennep. Waarom jij is een gedicht hieruit. De eeuwige dag is één van mijn favoriete Nederlandstalige bundels.

Hima Kesarcodi / Paul Rodenko
Onbegrijpelijk, wat ons betreft, dat het woord ‘maansteensexen’ nog altijd in de Van Dale ontbreekt. Uit de bundel ‘Kamerpoëzie’:

De Droom / Vicente Aleixandre
De Droom
Die momenten van grote eenzaamheid
als het verbaasde hart voelt dat het niemand liefheeft.
We gingen net rechtop zitten, uitgeput, de dag donker.
Iemand slaapt nog op het bed, als een kindje.
Misschien slapen wij nog wel…nee, we bewegen.
We zijn verdrietig en stil, buiten de constante regen.
Een ochtend van luie, ongelovige mist. Zo alleen!
We staren uit het venster. Kleren op een hoop,
de zware lucht, de trommelende regen. En de kamer
ijzig in deze harde winter die, buiten, net anders is.
En jij houdt je stil, je hoofd in je handen.
Je elleboog op tafel. De stoel, de stilte.
Het enige geluid is iemands trage adem,
de vrouw die, sereen en mooi, daar slaapt
en droomt dat jij haar niet lief hebt, en jij bent haar droom.
Vincente Alexandre / vertaling Martinus Benders – uit: ‘Het boek der Dode Uilen I’
West Mongolia 29 / Kees Francke
Dichter, mail artist en beeldend kunstenaar Kees Francke (Den Haag 1953 – Aardenburg 2002) publiceerde zijn gedichten in zijn eenmanstijdschrift ‘PRIëM’ tussen 1993 en 1998. Na het overlijden van Francke vatten zijn vrienden Johan Everaers en Paul van Soest het plan op om de gedichtenreeks West Mongoolse Gezangen postuum uit te geven.

Ex Libris van Horst Hussel
Elegie voor mijn vader / Jacques Chessex
Jacques Chessex was een Zwitsers dichter, schrijver en schilder. Tijdens een discussie over zowel het toneelstuk The Confession of Father Burg (dat de avond tevoren in première ging) als over zijn steun aan Roman Polanski kreeg hij plots op het podium aan een hartaanval en zeeg ineen.
Elegie voor mijn vader
Vanmorgen zie ik de mist oprijzen
in de gele kleur van de valleien
en ik denk, luchtig als een dode vogel.
Ik denk aan muziek gewikkeld in mist op de hellingen.
Ik luister naar de stem van mijn vader in mijn lichaam.
Vanmorgen kijk ik naar mijn vaders gezicht
in de gouden mist en gele heuvels.
Ik luister naar de roep van een enkele vogel
aan de bovenkant van de boom,
nog steeds gepareld met regen.
Ik zie het gezicht van mijn vader
met zijn zomerse ogen de venijnige flits
voor de storm, zijn scherpe
en goede blik op mijn dromen.
Vanmorgen ga ik de schors van de boom in
en in de steen buig ik zacht in de koele wind
in het natte gras ik loop in dit gras
naast mijn vader misschien raak ik zijn weideogen
in de lucht aan tussen de wolken.
Misschien ga ik met die ogen het glazen meer in.
Met de bomen de wolken de top van de bergen.
Misschien ga ik onder de rots door met die ogen.
Vanmorgen weet ik niet of jij het bent die spreekt.
Oh mijn vader.
En de wind die je haar beweegt nog niet wit.
Deze ochtend loop ik in het gras van weleer met mijn vader.
Ik droom dat ik dat witte haar nooit zal zien.
Ook zal de rivier niet op tijd horen wie blijft leven.
Met het lied van de vogel in deze gele lucht,
noch de roep op de bodem van zijn lichaam.
De stemmen van het bos, hellingen, valleien
en die van mijn sterfelijke hart, 0 zo lang dood in mij,
tot mijn dood misschien,
als je moet wachten, op de echte dood.
***
Vertaling: Martijn Benders. Mogelijkerwijze deel van mijn volgende bloemlezing.
Kaneellog
Welkom op het weblog deel van Stichting de Kaneelfabriek. Hier zullen wij met enige regelmaat nieuws posten over onze boeken en events, en ook posten onze leden hier met regelmaat van de klok gedichten die zij bijzonder vinden.
Kom dus met regelmaat eens terug en verwonder u over de eigenaardige wereld die de poëzie mag wezen.
Wilt u ook een bijdrage leveren aan dit weblog, stuur dan uw motivatie naar een van de adressen die u op onze contactpagina kunt vinden.